Maastricht UMC+ ondersteunt 'klinisch redeneren' met CAPP LMS
Professionals in de gezondheidszorg helpen met het reflecteren op hun eigen handelen om de zorg van binnenuit te verbeteren. Dat is een van de manieren waarop het Maastricht UMC+ performance support toepast binnen Maastricht Universitair Medisch Centrum. Een belangrijk onderdeel hiervan is het werkplek gericht curriculum “klinisch redeneren”.
Klinisch redeneren
Klinisch redeneren is de werknaam voor het werkplek-leren binnen MUMC+ academie. Door middel van werkplek-assessment wil het MUMC+ de cognitieve vermogens van medewerkers verder ontwikkelen. Gerjan Willems, ontwikkelaar en projectleider werkplekleren legt uit: ‘Werkplek-leren is effectief en ontwikkelingsgericht omdat het assessment plaatsvindt in de meest authentieke situatie die er is: de relatie patiënt-medewerker. Van de andere kant kunnen de verletkosten dalen doordat de medewerker niet van de werkplek af hoeft om zich verder in het vak te ontwikkelen.’ Tijdens dagelijkse bezigheden wordt een medewerker gevolgd door een speciaal getrainde collega, een zogenaamde “assessor”. Tijdens het assessment worden zoveel mogelijk open vragen gesteld om de medewerker aan het redeneren te krijgen. De patiënt wordt dan ook integraal betrokken bij zijn eigen assessment. Er worden geen gesloten vragen gesteld omdat de medewerker dan niet vanuit de patiënt gaat redeneren en analyseren. In de evaluatie van het assessment wordt geen waardeoordeel gegeven, er wordt uitsluitend cognitieve feedback gegeven waarna zowel de medewerker als de assessor reflecteren op de bedside performance. Ook de patiënt evalueert zijn eigen assessment.
De scenario's die hiervoor gebruikt worden, gaan hand in hand met de eisen in het Kwaliteitspaspoort. Door middel van de assessments in de praktijk, wordt de medewerker bekwaam verklaard in zijn kwaliteitspaspoort. Het werkplek gerichte curriculum “klinisch redeneren” is onderdeel van een allesomvattende visie op werkplekleren. Deze visie beschrijft:
- Leren reflecteren op (eigen) handelen waarbij een beroep wordt gedaan op het eigen professioneel handelen;
- De contextrijke werkomgeving optimaliseren voor leren;
- Creëren van een ondersteunende leeromgeving.
Hierin is ook het 70:20:10-model terug te vinden, al is dat niet zo verwoord. In al hun communicatie rondom educatie en performance support gebruikt Maastricht UMC+ academie de taal die ook op de werkvloer gebruikt wordt. Michel van Zandvoort, directeur van de Maastricht UMC+ academie: ‘Wanneer verpleegkundigen “klinisch redeneren” horen, dan weten ze meteen ‘Hé, dit is voor mij relevant’.’
Het werkplek gerichte curriculum helpt bij het reduceren van diagnostische fouten. Het maakt de sterke en de te ontwikkelen kanten van de betrokken zorgprofessionals inzichtelijk. Onder- en overschattingen van het eigen kennen en kunnen is heel menselijk, maar kan grote gevolgen hebben. Daarom helpt de Maastricht UMC+ academie om dit inzichtelijk te maken voor hun medewerkers. Ze geven handvaten, zodat medewerkers zich verder kunnen ontwikkelen.
CAPP LMS
‘We vragen heel veel van CAPP,’ stelt Van Zandvoort. ‘Het is onmogelijk en niet wenselijk om al onze eisen in een systeem onder te brengen.’ Daarom is het Leermanagementsysteem (LMS) een onderdeel van de totale context van leren die het MUMC+ haar medewerkers aanbiedt:
- Toegang bieden tot gecertificeerde kennisbronnen;
- Aanzetten tot leren en/of het faciliteren hiervan;
- Ondersteuning bieden in de context van het individu;
- On- en off-the-job beschikbaar zijn;
- Back-office van de HRB-afdeling;
- Integratie met andere systemen binnen de organisatie is noodzakelijk.
‘Als je alles in een systeem wilt onderbrengen, kom je nooit tot optimale performance,’ concludeert Michel van Zandvoort. Toch is er nog steeds behoefte aan zowel formele vormen van leren – en registratie daarvan – als aan informele kennisdeling. Het 70:20:10-model is hiervan een belangrijk onderdeel. Het stelt heel hoge eisen aan de applicaties in de leeromgeving. ‘Het 70:20:10-model gaat voor een heel groot deel over het faciliteren van performance support. Je moet daarom dingen uit elkaar trekken. Hoe verwerf je een competentie? Hoe toon je dat aan? En hoe ondersteun je dat in context met performance support?’
Bevoegd en bekwaam
In 2007 heeft de Raad van Bestuur van het MUMC+ vastgesteld dat de medewerkers voortaan aantoonbaar bevoegd en bekwaam moeten zijn. ‘Daar is destijds geld beschikbaar voor gesteld en is heel rigide doorgevoerd,’ aldus Michel van Zandvoort. ‘Er zijn toen verscheidene e-learning modules ontwikkeld, zodat er geen discussie meer nodig was of mensen wel of niet bevoegd en bekwaam moeten zijn. Toch liepen we nog wel tegen een probleem aan. Er kwam een hoop weerstand van de werkvloer wanneer medewerkers voor de derde keer moesten laten zien dat ze de apparatuur goed konden bedienen. Je haalt mensen van de werkvloer om in een e-learning te laten zien dat ze iets kunnen waarbij we weten dat het maken van bijvoorbeeld een e-learning niet automatisch betekent dat de performance van de medewerker verbeterd. Dat pakken we nu beter aan.’
Eigen verantwoordelijkheid
Een van de belangrijkste zaken is de eigen verantwoordelijkheid van de professional. ‘Dan moet er natuurlijk wel sprake zijn van autonomie en vertrouwen,’ aldus Van Zandvoort. ‘Maar daar wordt het werken ook gelijk een stuk leuker van. Uiteindelijk gaat het erom dat we mensen energie en motivatie geven om datgene te doen dat ze onvervangbaar maakt.
De kennis die een zorgprofessional bezit, is voor 90% impliciet en slechts voor 10% expliciet. Wij erkennen de ervaring van onze mensen door hen niet te toetsen op hun expliciete kennis, maar triggeren de impliciete kennis en ervaring. Die is niet altijd in woorden en definities uit te drukken. Daarbij gaan wij uit van sociologische, psychologische en antropologische principes. En van de nieuwste evidence based onderwijstechnieken.’
De software van Defacto helpt het MUMC+ om deze doelen te realiseren. ‘Door middel van performance support en CAPP LMS kunnen we onze medewerkers de steun en support geven die ze nodig hebben om zichzelf bekwaam in hun werk te voelen.’
Hoe ondersteunt CAPP?
Het CAPP LMS sluit goed aan bij de visie van het MUMC+. Bijvoorbeeld door de geboden flexibiliteit bij het inrichten van het systeem. Iedere medewerker heeft toegang tot het kwaliteitspaspoort. In zijn of haar paspoort vindt een medewerker alle zaken waarvoor aantoonbare bekwaamheid een noodzaak is. Om deze bekwaamheid aan te tonen, wordt gebruik gemaakt van de module ‘praktijkervaring’ van het CAPP LMS. Medewerkers zijn zelf verantwoordelijk voor het aangeven van de zaken waarvoor ze zich wel of niet bekwaam voelen. Daarnaast verifiëren de speciaal getrainde collega's – die op de werkvloer assessments afnemen volgens het 'klinisch redeneren’-principe – wanneer een assessment succesvol is doorlopen door een medewerker. Zo vindt het leren en bekwaam worden plaats op de werkvloer, geheel volgens de visie van het MUMC+. Het LMS wordt gebruikt ter registratie van deze bekwaamheden en zorgt voor inzicht in verwachtingen richting de individuele medewerkers. Daarnaast biedt het LMS ook een digitale catalogus. Hierin vinden medewerkers de cursussen die hen kunnen ondersteunen bij het voorbereiden op assessments, of die gebruikt kunnen worden als naslagwerk.
"Door middel van performance support en CAPP LMS kunnen we onze medewerkers de steun en support geven die ze nodig hebben om zichzelf bekwaam in hun werk te voelen."
Michel van Zandvoort
Directeur Maastricht UMC+ Academie
Producten & Diensten
- CAPP Learning
- CAPP Compliance
- CAPP Agile learning
- Consultancy
Facts & Figures
- Branche
- Zorg
- Website
- https://academie.mumc.nl/