Wat is blended learning?

Blended learning is het inzetten van diverse fysieke en online leervormen zoals klassikaal onderwijs, werkplekleren en e-learning, om het leerproces te verrijken en aan te sluiten bij de leervoorkeur van de student.

1. Wat is blended learning

Blended learning is het inzetten van diverse fysieke en online leervormen zoals klassikaal onderwijs, werkplekleren en e-learning, om het leerproces te verrijken en aan te sluiten bij de leervoorkeur van de student.

Het blended aspect zie je terug in de combinatie van online en offline, formele en informele leervormen en synchroon en asynchroon leren.

  • Online en offline onderwijs: Tijdens fysieke sessies vindt de kennisoverdracht tussen docent en studenten plaats. Ook werkplekleren is een fysieke vorm van leren, waarbij de kennis in de praktijk wordt geoefend. Studenten kunnen daarnaast dieper de theorie induiken, opdrachten uitwerken, of hun kennis toetsen in een online omgeving.
  • Formele en informele leervormen: Met een formele leervorm bedoelen we gestructureerd leren in een omgeving die daarvoor bedoeld is. Bijvoorbeeld een college, kennissessie of e-learning. We leren echter ook veel buiten een dergelijke setting. Denk aan werkplekleren, sociaal leren en microleren.
  • Synchroon en asynchroon leren: Blended leercontent wordt zowel synchroon als asynchroon aangeboden. Synchroon onderwijs betekent dat iedereen op hetzelfde moment aanwezig is, zoals bij een college. Dit kan zowel op locatie als online plaatsvinden. Bij asynchroon leren zijn plaats en tijd de keuze van de student, bijvoorbeeld bij het maken van huiswerk of uitvoeren van opdrachten.

2. Waarom blended learning inzetten

De inzet van verschillende les- en leermethodes heeft veel meerwaarde voor het leerproces:

  • In plaats van de materie, staat bij blended learning de lerende centraal. De student krijgt daarmee de regie over zijn eigen leerproces en wordt gestimuleerd actief te leren. Door het gevarieerde aanbod kan de student de leercontent flexibel en naar eigen inzicht gebruiken.
  • Door blended learning te gebruiken, sluit je aan op de persoonlijke leervoorkeur van de lerende. Daardoor wordt de stof sneller en beter opgenomen én beter onthouden. De samenhang en interactie tussen de diverse leervormen, zorgen daarnaast voor een beter begrip en retentie. Met blended learning zorg je daarom voor een kwalitatieve leeromgeving die je terug zult zien in de performance van je professionals.
  • De online omgeving vult de offline omgeving aan. Het directe contact tussen docent en student wordt verrijkt in de online leeromgeving, die de lerende altijd en overal kan benaderen. Je kunt informatie gelaagd aanbieden en onderscheid maken tussen verplichte onderdelen en vrije keuzemodules, afhankelijk van de persoonlijke interesses en voorkeuren van de student.

3. Welke leervormen kun je gebruiken bij blended learning

Je kunt diverse leervormen gebruiken bij blended learning. Belangrijk is dat deze naadloos op elkaar aansluiten en elkaar versterken. Het gaat er dus niet om dezelfde materie in verschillende vormen aan te bieden, maar door deze samenhangend en afgestemd op leerdoelen te combineren.

Formele en informele leervormen

Je kunt diverse leervormen gebruiken bij blended learning. Belangrijk is dat deze naadloos op elkaar aansluiten en elkaar versterken. Het gaat er dus niet om dezelfde materie in verschillende vormen aan te bieden, maar door deze samenhangend en afgestemd op leerdoelen te combineren.

Formele en informele leervormen

Er worden zowel formele als informele leervormen gebruikt bij blended learning. Met formeel leren bedoelen we het gestructureerd leren binnen een omgeving die is ontworpen om te leren. Denk aan een hoorcollege, online event of workshop. Dat is echter al lang niet meer de enige manier om te leren. Werkplekleren, sociaal leren en microleren raken steeds meer in zwang. Bij al deze leervormen staat de gebruiker centraal en is digitale ondersteuning key:

  • Omdat bijna alle informatie online en/of digitaal te vinden is, is het niet meer per se nodig om een tas vol boeken mee te slepen of naar een professor in een klaslokaal te luisteren. We gebruiken ons brein steeds minder als een opslagplek voor informatie, maar steeds meer om informatie te vinden, vergelijken en met elkaar te verbinden. De juiste informatie selecteren, combineren en toepassen in de eigen context, kortom curatie, wordt daarom steeds belangrijker.
  • Omdat we niet meer alles hoeven te weten, zien we dat de leerbehoefte steeds meer verandert van gestructureerd naar on demand leren. We willen een antwoord op een acute vraag of probleem in een specifieke situatie, zonder een heel boek door te hoeven lezen. Dit betekent dat lange gestructureerde leerpaden langzamerhand steeds meer plaats maken voor snackable microlearnings en performance support wanneer we het nodig hebben.
  • We leren daarnaast ook veel van onze collega’s van en op de werkvloer en buiten het klaslokaal als we zelf informatie opzoeken en met elkaar delen. Dit vraagt om leercontent die altijd en overal toegankelijk is en een online omgeving of forum om makkelijk informatie met elkaar te delen en samen te werken.

Online en offline leervormen

Bij blended learning combineer je online en offline leervormen. Welke combinatie je gebruikt hangt onder andere af van je leerdoelen. Het is niet zo dat online leren onderdoet voor offline leren, of andersom. Recent onderzoek (https://www.nachi.org/online-beats-classroom.htm) toont aan dat studenten online lessen beter onthielden dan fysieke lessen in een klaslokaal.

Maar wil je dat studenten een medische vaardigheid onder de knie krijgen? Dan zul je waarschijnlijk een leer- en toetsvorm in de praktijk willen integreren in je blend. Learning by doing blijft bij dergelijke handelingen dus belangrijk.

Hieraan zie je al dat de effectiviteit van de leervorm sterk afhangt van het leerdoel en de leervoorkeur van de student. Leeftijd en digitale vaardigheid spelen hierbij ook een rol.

De kracht zit hem in de combinatie van online en offline. Door een klassikale training voor te bereiden met een online introductie, zorg je er bijvoorbeeld voor dat iedereen op hetzelfde kennisniveau zit. In de klassikale sessie kun je dan vervolgens de diepte ingaan en vaardigheden in de praktijk oefenen. De online omgeving biedt dan vervolgens weer mogelijkheid als naslagwerk en discussieforum. Op deze manier sluiten online en offline goed op elkaar aan en verrijken beide omgevingen elkaar.

4. Het verschil tussen flipped classroom en blended learning

Flipped classroom is een vorm van blended learning, waarbij je de traditionele manier van lesgeven omdraait. In plaats van een klassikale uitleg van de theorie, gevolgd door een oefening of huiswerk in de eigen tijd, bied je de leerinhoud vooraf aan via online of offline studiemateriaal. De les wordt vervolgens gebruikt voor diepgaande leeractiviteiten, (inter)actie en discussie.

Voorwaarde en tevens risico van deze aanpak is dat leerlingen zich de aangeboden leercontent zelfstandig eigen moeten maken vóór de les. Komen leerlingen onvoorbereid naar de les, dan zal deze weinig effect sorteren en zelfs demotiverend werken.

Flipped classroom is dan ook geen tijdbesparende methode. Er zijn weliswaar minder contacturen nodig, maar die tijd zullen studenten idealiter besteden aan zelfstudie. Bepaal dan ook altijd vooraf of het nuttig is om flipped aan de slag te gaan. Is er bijvoorbeeld theorie die studenten zich makkelijk zelf eigen kunnen maken? En zijn er specifieke vaardigheden die je juist klassikaal wil bespreken, waar anders niet voldoende tijd voor is?

Daarnaast is het zaak om leerlingen ervan te doordringen dat zij voorbereid naar de les komen. Wat hierbij zeker helpt, is de lesstof op een leuke, interactieve manier aan te bieden.

5. Waarom is blended learning effectief

De populariteit van blended learning hangt deels samen met de manier waarop we tegenwoordig informatie tot ons nemen. Maar, er is wel degelijk onderzoek gedaan naar de effectiviteit van blended learning. En de resultaten zijn uitgesproken positief:

Sneller leren, meer retentie en betrokkenheid

Zoals net al aangestipt, sluit je met blended learning beter aan op de leervoorkeur van de gebruiker. De een wil het liefst meteen aan de slag in de praktijk, terwijl een ander zich graag eerst de context en theorie eigen wil maken. Als je leert op de manier die bij je past, leer je sneller en onthoud je het beter. Doordat je ook gelaagdheid in kennisniveau kunt aanbrengen, zullen gebruikers minder snel afhaken met een keuze in blended leercontent.

Sociaal leren

Naast een formele setting leren we ook veel in informele situaties. Sociaal leren van en met elkaar versterkt het leereffect en de leerervaring. Door sociale interactie tussen studenten online en offline te stimuleren, speel je hierop in. Faciliteer deze interactie bijvoorbeeld met een discussieforum, waar studenten kennis en bronnen kunnen delen en elkaar kunnen helpen met vragen. De online dimensie wordt daarmee een verlengstuk van de offline setting.

Meet leeropbrengst en continue verbetering van het leeraanbod

Het staat buiten kijf dat online leermethodes veel waardevolle inzichten kunnen geven met dank aan de data die verzameld worden. Hierdoor kun je als organisatie de voortgang en prestaties van gebruikers meten, maar ook onderzoek doen naar de kwaliteit van het aanbod. Waar lopen mensen vast, welke feedback krijg je op bepaalde onderdelen, welke modules worden het meest gebruikt? Door gestructureerd aan de slag te gaan met KPI’s en leerdoelen, kun je constant monitoren en bijsturen als dat nodig is.

6. Wat zijn de nadelen van blended learning

Blended learning is een krachtige methode die zowel voor de lerende als de leerinstelling veel voordelen biedt. Maar alleen als het goed wordt toegepast. In de praktijk zien we vaak dat organisatie blended learning opvatten als traditioneel leren in een klaslokaal met een linkje naar een online kennisbank. Als de verschillende online en offline onderdelen van de leercontent niet naadloos op elkaar aansluiten, resulteert dit alleen maar in een versnipperd leeraanbod, waar mensen snel de weg kwijtraken. Denk dus goed na over je leerdoelen, de rode draad van het grotere geheel en hoe het lesmateriaal daarop aansluit.

Een potentieel ander nadeel van blended learning is dat niet iedereen even digitaal vaardig is. Dat kan betekenen dat bepaalde doelgroepen niet van alle leercontent gebruik zullen maken. Een goede en laagdrempelige introductie van de mogelijkheden en ondersteuning bij vragen zijn dan ook randvoorwaarden voor een succesvolle aanpak.

Een laatste nadeel is dat de verantwoordelijkheid voor het leren bij blended learning meer bij de student komt te liggen. Die eigen regie is niet voor iedere student weggelegd. De een is nu eenmaal meer gebaat bij structuur en begeleiding dan de ander. Denk hierover na als je je content inricht. Bijvoorbeeld door microlearning

7. Hoe ondersteunt een LMS blended learning

Een LMS (learning management system) kan zeer waardevol zijn om blended learning in te richten. Het LMS kan als online dimensie een verlengstuk van het klaslokaal zijn, waar gebruikers kennis kunnen delen en toetsen. Dankzij de rapportagefuncties kun je daarnaast de voortgang en prestaties van studenten én de leercontent monitoren.

  • Een LMS kan het verlengstuk van je klaslokaal zijn. Door een verscheidenheid aan rijke media aan te bieden, heeft elke leerling flexibel toegang tot leercontent die aansluit bij zijn of haar leertype.
  • Je kunt in een LMS vaak leerpaden inrichten, waarvan de losse onderdelen als microlearnings te benaderen zijn. Door dit slim te doen kunnen gebruikers naar keuze gebruikmaken van de content.
  • Samenwerking en sociale interactie kunnen plaatsvinden op een forum. Gebruikers kunnen hier bijvoorbeeld discussiëren over leerstof, vragen stellen of interessante links met elkaar delen.
  • Curatie biedt in een LMS de mogelijkheid om een persoonlijk leeraanbod samen te stellen en te delen met andere gebruikers. Door bronnen en links in een bibliotheek op te slaan kunnen in sommige systemen ook suggesties gegenereerd worden die aansluiten bij de interesses van de gebruiker.
  • Gebruikers kunnen in een LMS feedback vragen van een docent, medestudenten, of zelfs extern. Ook zelfreflectie vastleggen is in de meeste learning management systemen een optie.
  • Toetsen is een belangrijk onderdeel van leren. In een LMS kun je zelftoetsen inrichten om de opgedane kennis te toetsen. In plaats van uitgebreide vragenlijsten, kan het ook nuttig zijn om tussendoor een paar vragen te stellen die de kern van de stof toetsen. Het vastleggen van resultaten en het uitreiken van certificaten behoort ook vaak tot de mogelijkheden.
  • De meeste LMS omgevingen bieden rapportagefuncties om voortgang en prestaties te monitoren. Dit biedt een schat aan mogelijkheden om leercontent te verbeteren en vraag en aanbod steeds beter op elkaar aan te laten sluiten. In de praktijk zien we dat er zelden optimaal gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheden. Houd daarom vooraf rekening met benodigde skills, tijd en capaciteit om alles uit de data te halen.

Meer weten over de uitgebreide mogelijkheden die CAPP LMS biedt voor blended learning? We vertellen je er graag meer over. Laat je gegevens achter en we nemen contact met je op. Of test het zelf via de LMS vragenlijst.